Arie Bombarie
 moeder de gans

Arie Bombarie

Als ik met m’n boodschappenkarretje de supermarkt uit loop, word ik opgewacht door twee politieagenten. ‘Goedemiddag mevrouw. Wat is dat?’ Een van de agenten wijst naar de mand voor mijn buik. ‘Dat is een gans.’ ‘Hoe komt u daar aan?’ ‘Nou, die heb ik niet bij Albert Heijn gekocht,’ zeg ik lachend.

Sinds een paar maanden ben ik Moeder de Gans. Amper bekomen van het Amstelparkavontuur, heb ik onverwacht de zorg gekregen over een ganzenbaby. Wat wist ik van ganzen? Niks. Behalve van dwangvoederen voor de foie gras en dat ze levend geplukt worden als donsleverancier voor dekbedden. Redenen genoeg dus om een eendagskuikentje op te nemen, want hij is in een broedmachine geboren.

De volgende dag zet de jongen, die het ganzenei voor de grap in de broedmachine had gelegd, een sigarendoosje op mijn tafel. ‘Maak maar open.’ Ik kijk hem aan. Daar kan toch geen gans in zitten? Maar het donsje springt er al uit. ‘Loop eens een eindje die kant op,’ zegt de jongen en hij zet het gansje op de grond. Ik doe een paar passen en het gansje rent razendsnel achter me aan. Nu ben ik zijn moeder. Ik noem hem Arie, zo heet de jongen ook. ‘Hier is wat voer en niet in een badje zetten, anders verzuipt ie,’ zegt hij, en weg is ie.

Inmiddels weet ik wel hoe ik een kalfjes-, biggen- en lammetjesmoeder moet zijn, maar een ganzenmoeder? Hoe doe je dat? Ik word meteen in het diepe gegooid. Als ik even later iets op het erf moet halen, laat ik de kleine Arie veilig binnen. De katten hebben wel geen schijn van kans bij de kuikentjes van mijn felle kippenmoeders, maar met dit gansje, ik weet het niet. Ik ben nog niet buiten of ik sta verstijfd van schrik door een oorverdovend gekrijs. Binnen een tel ben ik terug. Het gansje is helemaal over zijn toeren. Moeder was weg, lees ik in het boek van ganzenwetenschapper Konrad Lorenz. En dat moet niet want dan is een gansje verloren. Ik heb nog geluk dat ik er meteen bij was. Door al dat geschreeuw had het gansje van uitputting kunnen sterven.

Ik mag mijn ganzenbaby nooit meer alleen laten. Weet waar je aan begint, waarschuwt Lorenz, een gans grootbrengen is geen kattenpis. Je bent Moeder de Gans of je bent het niet. Waar ben ik aan begonnen? Ik vouw een theedoek dubbel, naai de korte kanten aan elkaar en leg het gansje erin. Het minidraagzakje bevestig ik met houten knijpers aan de kraag van mijn overall. Nu kan de aanbiddelijke Arie Bombarie overal mee naar toe. Hij kletst de oren van mijn hoofd en tikt voortdurend met zijn snaveltje tegen mijn wang om aandacht. Hoe ik zo zeker weet dat het een jongen is? Laat ik het moederinstinct noemen. Na een paar weken krijg ik gelijk. De druktemaker wil indruk maken op poes Booswicht. Hij spreidt zijn vlerkjes en maakt z’n halsje zo lang mogelijk. Zie je wel een macho. Het werkt. Booswicht loopt gauw weg.

Arie Bombarie slaapt onder mijn haar, gaat mee naar de wc, zit in een droog hoekje als ik onder de douche sta, gaat mee naar mijn klanten en mee naar Albert Heijn. Overal waar ik ben, is Arie Bombarie.

De agenten zijn overtuigd. Wat als ze het niet vertrouwd hadden? ‘Dan hadden we hem in beslag genomen en naar een opvang gebracht.’ ‘U had zich de moeite kunnen besparen,’ zeg ik lachend, ‘want dan was u toch op Het Beloofde Varkensland uitgekomen.’



uit het Familie Bofkont Boek – 35ste druk
Copyright Dafne Westerhof / Het Beloofde Varkensland

Het Familie Bofkont Boek is te bestellen via
https://familiebofkont.nl/boek-bestellen