Koertje en Oom Bert kijken hun ogen uit.
“Oom Bert, dat mooie licht daar, waar is dat voor?”
“Dat zijn biggenlampen, voor de warmte.”
“Had ik die ook?”
“Nee, jij lag eerst in bed en later tegen mijn buik.”
“Komen ze vandaag dan?”
“Jij moet niet zoveel vragen…”