Gisteren was Juffrouw Loes jarig.
Sommige Bofkontboerinnen kennen haar al vanaf dag 1. De dag dat Juffrouw Loes als wildzwijnenbaby onder een dekentje bij de kachel lag. Twaalf jaar geleden dus, en nog steeds Bofkontboerin van dienst zijn. Als dat geen Duurzame Dierenliefde is?
DUURZAME DIERENLIEFDE
Ben jij daar ook van? Van aanpakken en doorzetten? En de kans krijgen om Koertje 12 jaar en nog ouder te zien worden? Of 5 jaar, of 3, in ieder geval 1 jaar? (Koertje is nu 4,5 maand).
BOFKONTBOEREN GEZOCHT
Familie Bofkont zoekt Bofkontboeren en Bofkontboerinnen, die zich minimaal 1 jaar willen inzetten voor Koertje & Co. Iedere week een dag of dagdeel of avonddeel (de lente komt eraan), dat is allemaal te bespreken.
Met een voorkeur voor Bofkontboeren.
Heeft niks met discriminatie te maken maar de ervaring leert dat stalletjes uitmesten, stro lossen en de varkensbadkamer uitbaggeren, berezwaar werk is. Maar Bofkontboerinnen die dol zijn op zwaar werk, zijn natuurlijk ook welkom ;-)
Stuur je motivatie naar mail@familiebofkont.nl dan praten we verder bij Koertje & Co.
QUOTE VAN DE DAG
‘Jaren geleden heb ik de Familie Bofkont Workshop bij jullie gedaan. Onvergetelijke en mooie ervaring. Een vriendin is jarig en ik wil haar dit graag cadeau geven, omdat zij weg is van varkens.’
Janice Z.
PS
En dan nu het waargebeurde verhaal van Juffrouw Loes uit het Familie Bofkont Boek:
Juffrouw Loes
verliefde jagerZe lijkt wel een hommel. Zwartbruin met oranje streepjes. En ze heet Loes. Wat een vreemde naam voor een wild zwijntje. Ik bekijk de foto’s nog eens. Een stel stoere mannen buigt zich over een heel klein gestreept biggetje, dat in een paar enorme handen ligt. De eigenaar van de handen straalt. De foto is gemaakt in een jagershut. Ik scroll verder en zie een foto in huiselijke kring. Dezelfde man in pyama en badjas. Het hommeltje ligt op zijn benen. Hij gaat helemaal in haar op.
De eerste mail die ik van hem kreeg was geheimzinnig. Ik begrijp dat het om een frisling (wildzwijnenbaby) van vijf dagen oud gaat, en dat het nooit zijn bedoeling geweest is, maar wat precies, wordt me niet duidelijk. Wel dat hij een adres voor het zwijntje zoekt en dat ze nooit geslacht mag worden. Het valt me op dat hij het consequent over haar en zij heeft en niet over hem en hij. Een dierenliefhebber dus.
Ik bel de man op. ‘Kunt u een foto sturen en mag ik vragen hoe u aan dat zwijntje komt?’ Hij aarzelt even, maar dan zegt hij het toch.
Hij jaagt. Z’n hele leven lang al. Maar wat hij nu heeft meegemaakt, zoiets is hem nog nooit overkomen. Hij aarzelt weer. ‘Vertel maar,’ zeg ik. En dan kan ie niet meer stoppen. Een lang weekend uit jagen met de jongens. Plotseling stuift er een wild zwijn uit het struweel met frislingen. Frislingen?! In de eerste week van januari al! De jagers schrikken zich wild. Onmiddellijk blazen ze de jacht af. Maar zweethond Kees scheurt al achter de biggetjes aan. Kees krijgt drie frislingen te pakken. Loes overleeft het avontuur. Zweethond? Jagers- ethiek? Nooit van gehoord. Zo leer je nog eens wat.
Dan volgen veel foto’s. Twee mannen buiten met jachthoorns. Ze kijken trots de lens in, allebei een frisling op de arm. ‘Mijn’ jager met Loes. Zijn collega heeft er een met lichte streepjes. Ik zie wat bloed op zijn regenpak. Die heeft het niet gered, hoor ik later. Loes wel, getuige de foto’s. Loes gewikkeld in een handdoek. Loes die koffiemelk krijgt uit een spuitje. Loes in de armen van weer een andere man. De jagers zijn een en al toewijding. En dan nog die foto’s in badjas en pyamabroek.
We spreken af bij de jager thuis in een vinexwijk. Op de stoep staat een reus van een man met een cavia aan een hondenriempje. Ik heb nog nooit zo’n diertje gezien. Zo klein en stoer tegelijk. ‘Over een jaar heb ik een joekel van een wild zwijn in de kamer staan,’ zegt de jager. ‘Mag Loes op Het Beloofde Varkensland wonen?’ Waarom heet ze toch Loes, wil ik weten. ‘Zo heet de dame die onze jachthutten regelt.’
Ik maak ook kennis met zweethond Kees. Is dat opdondertje de boosdoener? Als Loes niet in de armen van de jager ligt, gaat ze in de bench. Ze is als de dood voor Kees. ‘Kees. Zit,’ bast de jager. Hij en zijn vrouw zijn aardige, openhartige mensen. Ik vraag honderduit en krijg overal antwoord op. Hij is net zo bezeten van de jacht als van Loes. Dat van Loes snap ik (wat een droombiggie!) maar de jacht? Ze zullen haar zondag brengen. Maar vrijdagmiddag krijg ik een mail: ‘Haal haar alsjeblieft nu op, ik hou het niet uit, ik kan haar niet missen!’
Loes. Heel gek, ik kom maar niet los van die naam. Op een nacht duurt het opwarmen van de melk haar te lang. Ze bijt in m’n been. ‘Au! Wat ben jij een strenge juffrouw.’ Juffrouw? Juffrouw Loes! Nu klopt ‘t.
uit het Familie Bofkont Boek – 32ste druk
Copyright Dafne Westerhof / Het Beloofde VarkenslandFamilie Bofkont Boek bestellen? mail@FamilieBofkont.nl
Boek cadeau krijgen? https://FamilieBofkont.nl/vriend