Golden Girls & Gerrit
 onder moeders vleugels

Golden Girls & Gerrit

Twittertje doet het goed op een menu van zwarte friemelbeestjes, die ik per doosje bij het tuincentrum haal. Een soort maden. Ik paneer ze met kuikenopfokmeel. Hij zal toch niet vreemd gaan worden met een mensenmoeder? Zal ik een kippie binnenhalen? Het is het proberen waard. Maar de logeerkip wordt geen succes. Ze kijkt niet naar hem om en dat is wederzijds. Twittertje is volledig op mij afgestemd. Dit is dus de symbiose die ik altijd al tussen een moederdier en haar jong vermoedde.

Ik heb een ander idee. Al heel lang ben ik benieuwd naar de plofkip als pasgeboren kuiken. Die worden in een fabriek geboren, zonder moeder, en na zes weken gaan ze naar de slacht. Maar stel dat je zo’n kuikentje gewoon laat opgroeien met normale porties voer. Dan kan het toch geen plofkip worden? Hoe hard zal het kuiken dan groeien en hoe groot wordt het dan als volwassen kip? Een normaal formaat of evengoed zo’n pino als Harm? Dit is een mooie gelegenheid om daar achter te komen. Ik bel een kuikenbroederij in Barneveld en bestel twee eendagskuikentjes. Hennetjes, want haantjes erbij lijkt me niet verstandig. Dat wordt vechten met Twittertje. En ik ben ook nieuwsgierig of zo’n plofkip nog eieren kan leggen. Twee hennetjes dus.

Maar als ik ze kom ophalen, blijkt er sprake van een misverstand. De directeur staat me al buiten op te wachten met een doosje in zijn hand. Er zitten twee knalgele donsjes in. ‘Hé gele,’ zeg ik. ‘Ik dacht dat ze altijd wit waren.’ ‘Nee, deze worden bruin.’ Bruin?

En dan begint het me te dagen. Dit zijn helemaal geen vleeskuikens. Deze kuikentjes gaan legkippen worden. Ik heb me vergist en de verkeerde kuikenbroederij gebeld. Een kuikenbroederij voor vlééskuikens had ik moeten hebben. Daar gaat m’n onderzoekje. Maar wat geeft het? Ze zijn me er niet minder lief om, Twittertje heeft straks gezelschap en dat is het belangrijkste. Wie weet krijgen zij later nog samen kinderen ook. Of zou een fazantenhaan niet met een legkip kunnen? We wachten het allemaal maar af. Eerst maar eens naar huis. Ik geef de directeur vijf euro. ‘Over vier maanden leggen ze hun eerste ei,’ zegt hij nog bij het afscheid.

Ik durf ze nog niet meteen bij elkaar te laten. De Golden Girls gaan voorlopig onder de warmtelamp in hun mand. Twittertje is razend nieuwsgierig als hij hun gepiep hoort. Binnen een uur zit hij bovenop het mandje naar ze te koekeloeren. En een nacht later slapen ze alledrie onder mijn haar. De gouden meisjes toch nog onder moeders vleugels.

Het blijft niet bij dit drietal.

Een week later blijkt vriendin M. een jonge kauw onder haar hoede te hebben genomen. Dat was nooit de bedoeling, maar het beestje overkwam haar, zat ergens opgesloten in een kooitje en voor ze het wist deed ze uit medelijden een bod. En toen vloog er een kauwtje door haar appartement op driehoog in Amsterdam en landde op haar wastafel. Wat nu?

Nu heeft Twittertje er nog een vriend bij ook: Gerrit. Gerrit hiphopt met de kuikens mee, heeft een uitkijkpost in de boekenkast, schijt al mijn beestenboeken onder en heeft een scherp oog voor glinsterende dingetjes. Als hij honger heeft – en dat heeft Gerrit altijd – duw ik zachte kattenbrokjes achter in zijn wijd geopende snavel. En ik maar denken dat varkens zulke verleiders waren…



uit het Familie Bofkont Boek – 33ste druk
Copyright Dafne Westerhof / Het Beloofde Varkensland

Het Familie Bofkont Boek is te bestellen via
https://familiebofkont.nl/boek-bestellen